Eén van de eerste nummers van de Amerikaanse singer/songwriter Michael Franks dat ik hoorde was het lied Eggplant. Het komt van zijn 2e album The Art Of Tea uit 1976 en gaat over het koken van een aubergine door zijn vriendin.
Hij speelt het hier in 1978 samen met het Metropole Orkest onder leiding van Rogier van Otterloo (1941-1988) in het muzikale tv-programma van Pim Jacobs (1934-1996).
Ik heb jarenlang veel geluisterd naar de ontspannen “smooth, romantic, jazz-influenced style” van Michael Franks, die past in de zogenaamde “Quiet Storm” beweging. Een radio format dat vanaf midden jaren 70 veel succes had. De naam kende ik niet, maar het is een genre waar ik heel veel van heb gedraaid en nog steeds draai met o.a. genres als Smooth Soul en Westcoast Pop.
Eggplant
Whenever I explore the land of Yin,
I always take one on the chin.
And now this lioness has
almost made me tame.
I can’t reveal her name,
but eggplant is her game.
The lady sticks to me like white on rice.
She never cooks the same way twice.
Maybe it’s the mushrooms.
Maybe the tomatoes.
I can’t pronounce her name,
but eggplant is her game.
When my baby cooks her eggplant,
she don’t read no book.
She’s got a Gioconda kinda of dirty look.
And my baby cooks her eggplant,
about 19 different ways.
Sometimes I just have it raw
with mayonnaise.
Maybe its the way she grates her cheese,
or just the freckles on her knees.
Maybe its the scallions.
Maybe she’s Italian.
I can’t reveal her name,
but eggplant is her game.
When my baby cooks her eggplant,
she don’t read no book.
She’s got a Gioconda kinda of dirty look.
And my baby cooks her eggplant,
about 19 different ways.
Sometimes I just have it raw
with mayonnaise.